Albon: "Ik moet altijd op mijn beste niveau zijn naast Verstappen"

Algemeen

10 juli 2020 om 23:09

Na een achtbaanrit te hebben meegemaakt in 2019, mag Alexander Albon zich dit jaar echt gaan bewijzen bij Red Bull Racing. De Britse Thai ziet het als een mooie, maar flinke uitdaging, zeker naast Max Verstappen.

Vorig jaar zal Albon wel even met zijn ogen hebben geknipperd. Aan het begin van 2019 zou hij niet eens in de Formule 1 rijden en na de zomerstop zat hij ineens bij Red Bull Racing. “Vorig jaar kon ik het soms niet geloven, maar dit jaar moet ik er echt staan”, vertelt Albon in gesprek met De Telegraaf.

“Ik heb tijdens de lange pauze veel kunnen praten met het team, met de engineers bij Red Bull. Op dat moment voelt iedereen zich iets meer ontspannen. Tijdens race-weekend is het alleen wel een stuk stressvoller. Het is een grote verantwoordelijkheid om voor zo’n team te rijden”, legt de jonge coureur uit.

Daarnaast moet Albon zich bewijzen naast Verstappen, wat niet makkelijk is. “Ik moet altijd op mijn beste niveau zijn, want Max is enorm snel. Maar ik zie dit als een kans. Ik kan nu leren van één van de beste coureur ter wereld, zoals Christian Horner hem heeft genoemd. Ik kan nu goed van dichtbij zien waarom hij zo snel is en hoe hij zo goed met zijn banden kan omgaan.”

Nederlandse F1 fans

Hoewel Albon opgegroeid is in Engeland, heeft hij ervoor gekozen om onder de Thaise vlag te rijden. Hij hoopt dat er ooit net zoveel F1 fans in Thailand zullen zijn als in Nederland. “Toen ik met Max naar Nederland ging, was iedereen zo positief. Het lijkt wel alsof iedereen daar F1-fan is. In Thailand begint het ook steeds meer te leven en mijn doel is om de sport daar even groot te krijgen als in andere landen.”

De coureur van Red Bull Racing heeft alleen eerst een ander doel voor ogen, die een stuk meer haalbaar is op de korte termijn: een race winnen. In Oostenrijk was hij dichtbij, maar kwam zag hij door een incident met Lewis Hamilton de overwinning wegglippen. “Ik ga in ieder geval in de toekomst niks anders doen en mijn aanpak niet veranderen”, besluit Albon strijdvaardig.