Hoe nu verder met het DTM? Japanse fabrikanten haken af, is er een alternatief?
Met het aangekondigde vertrek van Audi uit de DTM na dit seizoen, zal de Duitse toerwagenklasse iets moeten verzinnen om de interesse bij teams, rijders en het publiek vast te houden. Hoewel er nog niets officieel is, lijkt men in de richting van sportwagens te kijken voor een oplossing.
Hoewel de wagens van het DTM altijd zeer aan elkaar gewaagd waren, is een kampioenschap waarin iedereen met dezelfde BMW rijdt marketingtechnisch veel minder interessant. Daarom is Gerhard Berger, voorzitter van organisator ITR, op zoek naar nieuwe fabrikanten die het gat van Audi (en eerder al Mercedes) kunnen vullen. Omdat men op dit moment niet het geld op hopen heeft liggen, wordt gekeken naar al bestaande formules.
De GT3-klasse waar over de hele wereld mee geracet wordt, is dan een logische optie. Maar ook de LMDh (Hypercar klasse) die voor Le Mans in 2022 in de planning staat wordt door onder meer oud-coureur Hans Joachim Stuck genoemd. DTM wil zich dan onderscheiden door als enige raceklasse met deze wagens sprintraces te organiseren.
DTM moet een ‘premium’ raceklasse blijven
In het geval er gekozen wordt voor GT3-wagens, zal DTM zich moeten onderscheiden van de GT Masters, een Duitse raceklasse waar ook veel ‘gentlemen drivers’ aan meedoen. Dit zou dan mogelijk bereikt kunnen worden door de wagens meer mogen te geven en alleen betaalde professionele coureurs in de auto’s te zetten. Berger zegt tegen Autosport.com dat het belangrijk is dat het DTM daarmee zijn ‘premium’ status behoudt. Een overstap naar het TCR-model is daarom ook uitgesloten.
Tot slot zou een samenwerking met het Japanse Super GT-kampioenschap de meest logische oplossing zijn. De wagens uit dat kampioenschap zijn zeer vergelijkbaar met die in het DTM en afgelopen seizoen gingen beide raceklassen al bij elkaar op bezoek. De Japanse fabrikanten hebben echter al aangegeven geen interesse te hebben in het opvullen van de lege plekken die Audi achterlaat.