Column

Domenicali kan voor de toekomst van de F1 beter goed luisteren naar Ecclestone

9 februari 2021 om 18:51
Laatste update: 9 februari 2021 om 19:14

De komst van Stefano Domenicali als nieuwe CEO van de Formule 1 voor Liberty Media is alom toegejuicht. De teams zijn blij dat iemand die in de sport zelf groot is geworden nu aan het roer staat van het schip dat Formule 1 heet. Daarnaast lijkt hij ook bij de fans al de juiste toon aan te slaan.

Natuurlijk is het een verstandige beslissing van Liberty Media om iemand aan te stellen die het wereldtje goed ken en bovendien een bijzonder sympathieke en integere uitstraling heeft. Het verleden van Domenicali wijst bovendien uit dat zijn daden ook bij die uitstraling passen.

Niks mis mee tot dusver. Toch zou je vraagtekens kunnen zetten bij de keuze voor Domenicali. Met Ross Brawn als sportief directeur zijn er nu namelijk twee techneuten die het beleid voor de Formule 1 uitstippelen. En hoewel zij ongetwijfeld het beste voor hebben met de sport, bestaat het risico dat zij uit het oog verliezen dat de Formule 1 in de eerste plaats entertainment is.

Het aantrekken van nieuwe teams en andere investeerders valt of staat met de interesse en het enthousiasme van het grote publiek. Die mensen haken langzaam af als er geen spannende strijd is tussen verschillende teams en coureurs, of als de auto’s niet spectaculair zijn.

Formule 1 moet zich niet blindstaren op relevantie

Om die twee elementen voor de gemiddelde fan aantrekkelijk te houden, moet de Formule 1 afstappen van de wil om technologisch relevant te zijn voor de auto-industrie. Technici als Domenicali en Brawn vinden dat misschien interessant en ze hopen de autofabrikanten daarmee aan te sport te binden, maar de sport wordt daar op de lange termijn niet beter van.

Autofabrikanten hebben namelijk niet het beste voor met de sport. Zij willen hun technologische suprematie via de Formule 1 ten toon spreiden en vertrekken weer zodra ze de Formule 1 niet meer nodig denken te hebben. Bovendien gaan zij met hun elektrische straatauto’s nu een richting op waar weinig racefans warm voor lopen.

Men moet leren van eerder gemaakte fouten

Het willen doordrukken van bijvoorbeeld technologisch relevante motoren heeft eerder al een dramatisch effect gehad. Niemand kan namelijk ontkennen dat het een ongezonde situatie is dat Mercedes sinds de invoering van de hybride-motoren ongeslagen is. En al die jaren ook nog eens dominant is geweest.

Het is daarom enigszins zorgwekkend om Domenicali in recente interviews over de technologische relevantie van de Formule 1 te horen praten. Hopelijk houdt men in het achterhoofd dat de Formule 1 in de eerste plaats vooral een spectaculaire show moet opvoeren. Met Jean Todt als president van de FIA, die zichzelf vooral als politicus en wereldverbeteraar presenteert, heb je wat dat betreft helaas ook geen bondgenoot.  

Ze zouden er goed aan hebben gedaan om meer naar Bernie Ecclestone te luisteren, de man die de Formule 1 groot heeft gemaakt. In onderstaand interview uit 2016 legt hij haarfijn uit waarom het onverstandig is om ‘engineers’ te veel macht te geven. De moedeloosheid van de toen relatief nieuwe constructie waarbij de FIA, de teams en de commercieel eigenaren van de Formule 1 het allemaal eens moeten zijn over besluitvorming, straalt van hem af.