Verstappen: 'Gekozen om aantal beelden voor documentaire niet te gebruiken'
De documentaireserie ‘Whatever It Takes’ van Max Verstappen is afgelopen week in première gegaan. De documentaire, waarbij fans een kijkje achter de schermen kunnen nemen bij het leven van de Nederlander werd bij Ziggo Sport afgelopen vrijdag voor het eerst op televisie vertoond, maar een select groepje mocht al eerder met Verstappen in gesprek over de serie.
In een Q&A sessie met Humberto Tan als host ging de Nederlander verder in op de premiere van de serie over het leven van de Nederlander. “Er zijn natuurlijk soms momenten waar je er moeite mee hebt, je weet natuurlijk dat je het voor de documentaire doet, maar ik ben normaal niet iemand die graag camera’s om zich heen heeft. Tijdens bepaalde F1-weekenden liep Netflix ook best wel vaak mee. Daar moet ik het niet zo van hebben”, legt Verstappen uit.
Beelden verwijderd uit documentaire?
Het is niet alleen de jongere Verstappen die er soms nog wel eens moeite mee heeft dat er een camera meeloopt. “Mijn vader heeft dat ook wel eens gehad”, laat Verstappen weten. De camera's waren vaak in de buurt van Verstappen, zoals ook te zien is in de documentaireserie. Het roept de vraag op of er beelden zijn geweest waarvan Verstappen na de montage nog aangaf dat hij ze liever niet terug wilden zien in de uitzending.
"Er zijn wel een paar beelden geweest, waarvan we dachten: 'Misschien is het beter om dit niet uit te zenden. Op een later tijdstip als je niet meer in de Formule 1 rijdt'". Voor de rest is Verstappen tevreden met de beelden die in de documentaire zijn gekomen. "Het moet natuurlijk wel authentiek blijven en je moet kunnen zien dat dit wel de echte Max is. Het gaat erom dat je ook geniet in het leven, dus dat je niet altijd serieus bezig bent. Een overwinning is mooi, maar ook buiten de baan moet je ook kunnen genieten", sluit Verstappen af.