F1 Nieuws

"Het is niet zo dat we tijdens het rijden voortdurend in onze broek plassen”

18 oktober 2020 om 16:17

Ze zijn onmisbaar in de moderne Formule 1-wereld, simulatoren. Zeker nu er tegenwoordig veel minder op de baan getest kan worden. Sommige teams hebben tegenwoordig zelfs aparte simulatorcoureurs in dienst. Maar hoe goed de simulatoren tegenwoordig ook zijn, ze kunnen niet álles nabootsen.

De angstfactor

Als je denkt aan de verschillen tussen een simulator en het daadwerkelijk rijden op de baan, denk je misschien het eerst aan de G-krachten, maar George Russell denkt dat er nog een veel belangrijker verschil is; de angstfactor. "In een simulator heb je helemaal geen angst", zegt de Williams-coureur op Formel1.de. "Het is niet zo dat we tijdens het rijden voortdurend in onze broek plassen, maar als je een fout maakt in de simulator, druk je op de resetknop en start je opnieuw. In werkelijkheid geef je je monteurs een beetje werk, om het zacht uit te drukken.”

Bandensimulatie

De simulatoren komen tegenwoordig dus steeds dichter bij de realiteit, maar er zullen (gelukkig) altijd verschillen blijven. Naast de G-krachten en de door Russell benoemde angstfactor is er nog een belangrijk verschil: de banden. "Het is ongelooflijk moeilijk om de banden te simuleren", aldus de 22-jarige coureur. "Ze zijn ongelooflijk complex in hun temperatuurontwikkeling, hoe ze werken, hoe ze vervormen in bochten en hoe de luchtdruk hoger en lager is. Voor mij is dit het verschil tussen een topsimulatie en een minder goede. Het bandenmodel.”