De heftigste crashes op het circuit van Paul Ricard
Paul Ricard werd in 1970 geopend en heeft in zijn bijna 50 jarige bestaan voornamelijk als testcircuit gefungeerd. Daar hebben dan ook de zwaarste ongelukken plaatsgevonden, maar ook tijdens de Grand Prix ging het er wel eens heftig aan toe. Zeker in de beginjaren.
De originele layout van Paul Ricard kende één van de langste rechte stukken ter wereld. De Mistral. Tegenwoordig wordt dit rechte stuk in tweeën gedeeld door een chicane, maar in de jaren 70 en 80 stormden de coureurs ongeremd af op de snelle rechterbocht die signes heet. Onder andere Ayrton Senna ondervond in 1985 wat het is om hier de controle te verliezen.
Een jaar later was Elio de Angelis (in 1985 nog teamgenoot van Senna) minder gelukkig. De achtervleugel van zijn Brabham brak bij een snelheid van 300km/u af in de snelle links-rechts combinatie na start-finish. Hij overleefde de crash, maar zat gevangen in een auto die inmiddels vlam had gevat. De Angelis overleed later doordat hij te veel rook had ingeademd.
Na het ongeluk van de Angelis was het gedaan met de snelle layout van Paul Ricard. De snelle combinatie werd voor de daaropvolgende Grand Prix afgesneden door de korte versie van het circuit te gebruiken. Ook de Mistral werd daardoor met de helft ingekort. In 1989 bewees Mauricio Gugelmin dat je ook op dat korte circuit nog een flinke klapper kunt maken.
Na de Grand Prix van 1990 verdween Paul Ricard van het toneel als racecircuit en werd er voornamelijk getest. De lange layout was terug, maar de hekken hadden plaatsgemaakt voor gigantische uitloopstroken. Paul Ricard zou daarmee toonaangevend blijken.
Desondanks wist Alexander Wurz hier een crashrecord neer te zetten. Naar eigen zeggen is er nog nooit iemand ongedeerd uitgestapt na met zo’n hoge snelheid de muur te hebben geraakt.