Ferrari wint Le Mans bij hypercars, Nicky Catsburg wint GT-klasse

Terwijl de Toyota met Ryo Harakawa achterstevoren stilstond op de baan, bleven de teamleden van Ferrari stoïcijns naar de monitoren staren. Geen glimlachje, geen blijdschap; helemaal niets. Waarschijnlijk was het de spanning. Of was het puur ongeloof? Ja, door de één-twee op de startgrid wist Ferrari dat er een kans op de zege was. Een pitstop verliep echter niet zoals gewenst, maar toch bleef de nummer 51 Ferrari aan de kop meestrijden, met (uiteraard) de enige overgebleven Toyota. De spin van de Harakawa, zo’n twee uur voor het einde van de race, maakte dat er aan alle spanning een einde kwam.

Ferrari hoefde in het slot van de race geen risico’s meer te nemen, met de ruime voorsprong op de Toyota, die uiteindelijk verder kon. Even was er nog de grote schrik, toen de Ferrari bij de laatste pitstop (alweer) niet van de plek leek weg te komen. Maar uiteindelijk lukte het Pier Guidi om toch gang in zijn rode wagen te krijgen.

Een tweede plek voelt Totoya (met Hirakawa, Brendon Hartley en Sebastien Buemi) op zeker als een deceptie, de derde plek op het podium voor Cadillac voelde voor dat team een stuk beter. Earl Bamber, Alex Lynn en Richard Wetsbrook eindigden op een ronde vóór de tweede Cadillac, met Sebastien Bourdais, Scott Dixon en Renger van der Zande. Deze auto, die dus vierde werd, had al vroeg in de wedstrijd de pech aangereden te worden, wat schade opleverde en kostbaar tijdsverlies opleverde.

Net als de tweede Toyota had ook Porsche Penske een dramatische race. Slechts zesde werd de beste Porsche, nog achter de tweede Ferrari. Peugeot, dat eveneens dit seizoen in het WEC met een hypercar debuteerde, leek lang mee te strijden om de podiumplekken - er was in de nacht zelfs even de koppositie - maar de Fransen moesten uiteindelijk genoegen nemen een plek in het middenveld bij de hypercars.

Pools succes in LMP2

In de LMP2-klasse is er Pools succes. Het team Inter Europol Competition reed vele uren aan de kop van het veld, maar zag de winst in de absolute slotfase toch in gevaar komen. Er was namelijk geen radiocontact meer met Fabio Scherer mogelijk. De Zwitser kwam toch op tijd voor benzine binnen, en hij wist zijn voorsprong zodoende te behouden. De wedstrijdleiding liet echter weten dat het team under investigation was, onder andere omdat er wellicht op de verkeerde plek via borden informatie met Scherer was gedeeld (om hem dus te laten weten binnen te moeten komen). Uiteindelijk volgde er geen straf.

Naast Scherer bestuurden Jakub Śmiechowski en Albert Costa de auto. Zij eindigden één plek voor Robert Kubica (die dus alweer net naast de zege in Le Mans greep), Rui Andrade en Louis Deletraz van Team WRT. Ook het laatste plekje op het podium leek te gaan naar de Belgen. Met Robin Frijns in deze auto tijdens het laatste deel van de wedstrijd, wist Team WRT zich knap terug naar voren te werken na een moeilijke start van de 24-uursrace. Maar op minder dan een kwartier kreeg de wagen technische problemen, waardoor Frijns, Sean Galael en Ferdinand Habsburg alsnog terugvielen. Zij werden vijfde. De derde plaats ging naar Duqueine.

Catsburg wint met Corvette

De enige Corvette in de GT-klasse, met Nicky Catsburg, Ben Keating en Nicholas Varrone achter het stuur, was vooraf de grote favoriet. Vroeg in de wedstrijd had de Corvette grote problemen, waardoor het team wegzakte tot in de achterhoede. Maar als geen ander wisten Catsburg en co zich naar voren te werken, om de laatste uren beheerst naar de zege te rijden. In deze klasse werd ORT by TF tweede, de laatste plek op het podium was voor GR Racing.