Wens van Audi lijkt haast onmogelijk: Duitse talenten nauwelijks te vinden
Audi en Sauber slaan vanaf 2026 de handen ineen. Daarbij zou het Duitse merk ook graag een Duitse coureur in de wagen willen hebben, maar veel keuze lijkt het team daarbij niet te hebben. GPblog duikt in de armoede van de Duitse coureurs.
De komst van Audi
Voor 2023 is de line-up van Alfa Romeo al bekend. Valtteri Bottas en Guanyu Zhou rijden dan voor het team, alvorens Alfa Romeo het team zal verlaten als titelsponsor. Vanaf 2024 rijdt Sauber nog wel met Ferrari-motoren, om de overgang naar de deal met Audi in 2026 te overbruggen. Er is wel een kans dat het logo van Audi al eerder op de wagen komt te staan.
Audi heeft daarnaast de wens uitgesproken om een Duitse coureur in de wagen te zetten, maar na jaren van weelde lijkt het talent in Duitsland verdwenen. Waar er 2010 maar liefst zes Duitsers aan de start stonden van het seizoen, zien we in 2022 maximaal één Duitser op de grid. Dat wordt Mick Schumacher of Nico Hulkenberg bij Haas.
Michael Schumacher, Nico Rosberg, Sebastian Vettel, Nico Hulkenberg, Adrian Sutil en Timo Glock reden in 2010 allemaal in de F1, en Nick Heidfeld kreeg als zevende Duitser dat jaar ook nog wat races aangeboden door BMW Sauber als vervanger van Pedro de la Rosa. Het staat in schril contrast met de situatie van de laatste jaren.
Die jaren heeft Vettel namelijk de kar moeten trekken voor Duitsland samen met Hulkenberg. Nu Vettel uit de sport vertrekt en Hulkenberg al drie jaar zonder F1-zitje zit, kijkt men naar Mick Schumacher. De zoon van Michael presteert echter niet optimaal, waardoor de 35-jarige Hulkenberg weer in beeld komt.
Duitse coureurs in de F1
Audi zou graag een Duitse coureur aan de line-up toevoegen en dus komt de naam van Schumacher direct bovendrijven. Het team kijkt echter ook naar kwaliteit en een coureur die lijkt te mislukken bij Haas, is niet echt een coureur die past bij de ambities van Audi. Een andere keuze lijkt Audi echter niet te hebben.
Uit de eigen vijver kan Audi niet echt vissen. Het Duitse merk is zelf actief in de sportwagenklasses en heeft daardoor niet echt een link met coureurs die actief zijn in formulewagens. Zo liet Audi het project in de Formule E varen, waar het nog wel een goede link had met Robin Frijns. Die komt vanaf 2023 echter in actie voor Team Abt, dat gaat rijden met een aandrijving van Mahindra. Ook René Rast verlaat Audi na jaren van trouwe dienst. Hij wordt in 2023 fabrieksrijder van BMW.
De enige klasse die verder nog écht competitief is, is het DTM. Daarin deed Audi in 2022 ook nog mee en valt naast Rast ook de naam van de jonge Duitser Marius Zug op. Met negentien jaar is de man geboren in München een jong talent, maar al wel sinds karten actief in sportwagens. Hij reed niet in formulewagens en laat in zijn eerste jaar DTM (een 21ste plek in het kampioenschap) ook geen enorm talent voor racen zien.
Uit de eigen vijver valt dus niks te halen en ook binnen de opleiding van Sauber is nog geen Duitser te bekennen. Theo Pourchaire is het pronkstuk van Sauber, maar de Fransman moet in 2023 genoegen nemen met een rol als reserve bij Alfa Romeo. Het andere talent van Sauber is de Braziliaan Roberto Faria. Op achttienjarige leeftijd heeft Faria echter geen kampioenschap op zijn CV staan. Hij won in 2021 één race in het GB3-kampioenschap, waar hij in 2021 en 2022 vijfde werd in het kampioenschap.
Duitse talenten op één hand te tellen
En dus moeten we nog verder zoeken voor Duits racetalent. In de Formule 2, dé opstapklasse voor de F1, zien we ook weinig Oosterburen. David Beckmann en Lirim Zendeli konden een aantal races invallen. Zendeli deed dat één keer bij Campos Racing voor Olli Caldwell, Beckman mocht één keer invallen bij Charouz en reed vijf races voor Van Amersfoort Racing. Zendeli kwam bij zijn raceweekend niet verder dan een 20ste plek, Beckmann scoorde 25 punten en eindige vijfde in de hoofdrace op Monza. Met 22 jaar en vier seizoenen F3 en twee seizoenen F2 op zijn CV, telt Beckmann echter niet meer als een serieuze optie voor de F1.
In de Formule 3 kreeg Zendeli ook een kans om één raceweekend te rijden voor Charouz, maar kwam daar niet verder dan een vijftiende plek. David Schumacher, de zoon van Ralf, deed het beter tijdens zijn twee invalbeurten voor Charouz, maar kwam uiteindelijk ook niet verder dan de twaalfde plek. Hoewel vader Ralf hoopt dat zoon David de F1 haalt, toont de 21-jarige Duitser nog weinig potentie om net als zijn vader, oom en neef de top te halen.
Ook als we kijken in de drie meest competitieve Formule 4-klasses, springt er geen enkele Duitser boven de rest van het veld uit. Het Italiaanse F4-kampioenschap geldt als de belangrijkste graadmeter voor jong talent en daar is Andrea Kimi Antonelli heer en meester. De zestienjarige Italiaan is onderdeel van de Mercedes-opleiding en won ook overtuigend het Duitse F4-kampioenschap. De Britse variant van dit kampioenschap werd gewonnen door de Brit Luke Browning.
In de drie klasses zijn er nauwelijks Duitsers te bekennen en de Duitsers die meedoen zijn niet competitief. Jonas Ried pakt één punt in het Italiaanse kampioenschap en wordt negende in het kampioenschap in eigen land. Valentin Kuss staat in eigen land nog één keer op het podium, maar komt in het Italiaanse kampioenschap ook niet verder dan vier punten.
De wens van Audi om Duitse coureurs een kans te geven in de Formule 1 is dus mooi, maar de realiteit leert dat Duitsland bij lange na niet in de luxepositie zit van jaren geleden. Na dominante periodes met Michael Schumacher en Sebastian Vettel, lijken de talenten nu op. Als Audi op lange termijn Duitse talenten in de F1 wil, dan moet het van onderaan beginnen en Duitse talenten in het karten al ondersteunen. Wie weet staat er op termijn dan een nieuwe Schumacher op Vettel op, voorlopig is die niet voor handen.