McLaren-teambaas over vele media-aandacht: "Dat is ook wat we willen"
Andreas Seidl voelt aan alles dat de Formule 1 groeiende is en dat er steeds meer media-aandacht komt. De teambaas van McLaren beaamt dat dat ook zijn keerzijde heeft op sommige momenten, maar hij probeert er vooral het positieve van in te zien.
Sinds Liberty Media de Formule 1 heeft overgenomen van de oude eigenaar Bernie Ecclestone is er ontzettend veel veranderd. Waar de koningsklasse van de autosport een ontzettend gesloten wereld was, krijgen de fans vanaf 2017 juist alle mogelijkheden om te zien hoe het er achter de schermen aan toe gaat.
De filosofie van Ecclestone was dat social media niet goed was voor de Formule 1 en daarom liet hij het gebruik ervan ontzettend beperken. Liberty Media is vanaf het eerste moment van zins om de Formule 1 te laten groeien en grijpt alles aan om dat doel te bewerkstelligen. Het gebruik van social media wordt gestimuleerd en met Drive to Survive krijgen de fans een uniek inkijkje.
Veel aandacht voor F1
Het heeft het aantal Formule 1-fans ontzettend laten doen stijgen de voorbije jaren en dat betekent ook meer media-aandacht. Die aandacht is voor een team leuk op momenten dat het goed gaat, maar het kan ook als vervelend of irritant ervaren worden.
Bij McLaren is dat niet anders dan bij andere teams. Seidl is niet verrast dat alles wat met McLaren te maken heeft meer en meer (en steeds sneller) onder een vergrootglas komt te liggen in Groot-Brittannië. "Dat was me al duidelijk, Formule 1 is een van de grootste sportevenementen ter wereld en dus is er sprake van een extreem grote belangstelling. Dat is ook wat we willen. Het was geen verrassing voor mij. Bovendien is de mediawereld de afgelopen vijftien jaar sterk veranderd - vooral door de toenemende aanwezigheid van sociale media."
"Zoals met alles, zijn er positieve en negatieve kanten", vertelt hij verder bij F1-Insider.com. "Het is belangrijk voor een team om transparant en open te zijn. Dat is wat we proberen te doen bij McLaren, zoveel als we kunnen. Wij hebben het geluk dat wij in Lando Norris en Daniel Ricciardo twee coureurs hebben die bijna perfect zijn op dit gebied. Ze zorgen er allebei voor dat ons hele team erg sympathiek overkomt. Dat is dan weer goed voor het moreel van het team."