'Renault, Ferrari en Mercedes maken het Audi en Porsche zo lastig mogelijk'

Algemeen

18 juli 2022 om 13:24
Laatste update: 18 juli 2022 om 16:24

Er wordt al maanden gesteggeld over de invulling van het motorreglement dat vanaf 2026 zou moeten gaan gelden in de Formule 1. Audi en Porsche willen graag toetreden tot de koningsklasse van de autosport, maar de merken van de Volkswagen Groep stellen wel eisen daaraan. Ondertussen proberen drie van de vier huidige motorleveranciers het de Duitsers zo lastig mogelijk te maken als ze besluiten hun intrede te doen.

Er is onderling ontzettend veel gediscussieerd in 2022, maar een volledig akkoord ligt er nog niet. Audi en Porsche willen om juridische redenen dat alle afspraken keihard op papier en het liefst een beetje snel. De Formule 1 heeft ook alles het liefst zo snel mogelijk rond, maar die haast lijkt bij motorleveranciers Renault, Ferrari en Mercedes wat minder aanwezig te zijn.

Er zijn namelijk nog een aantal punten waarop de huidige en de nieuwe motorleveranciers van mening verschillen. Een heikel punt is onder meer het aantal uren dat een motor op de testbank mag draaien. Ferrari, Mercedes en Renault willen het aantal uren op de testbank verder terugschroeven. Porsche en Audi zouden dan minder tijd hebben om een competitieve motor te testen. Bijzonder vervelend, want zij hebben sowieso al een stuk minder ervaring in de sport. Bovendien is de testbank belangrijker en onvervangbaarder voor motoringenieurs dan de windtunnel voor aerodynamici.

FIA moet knopen doorhakken

De motorleveranciers komen er onderling niet uit, maar omdat er een beslissing gemaakt moet worden, is nu de FIA aan zet. Voorzitter Mohammed Ben Sulayem heeft inmiddels de reglementen en de stukken waar men nog niet over uit is, ontvangen. Hij zal over een aantal zaken, zoals die van het aantal uren op de testbank dus, een beslissing moeten nemen.

Vervolgens zal de FIA World Council vóór eind juli over de regels stemmen. Althans, daar dringt de leiding van de Formule 1 op aan. Audi en Porsche hebben dan nog vijftien dagen de tijd om hun deelname officieel aan te kondigen. De twee nieuwkomers doen dat het liefst nog voor de zomervakantie. Volgens Auto, Motor und Sport is dat zo omdat de autobranche momenteel onder druk staat als gevolg van de oorlog in Oekraïne en het Formule 1-project mogelijk in de toekomst intern op tegenstand kan stuiten als de problemen aanhouden.